Het Voedingscentrum adviseert om dagelijks 30-40 gram vezels via je voeding binnen te krijgen. Maar waarom zijn deze voedingsvezels zo belangrijk? En waar zitten vezels eigenlijk in? In dit artikel leg ik het je uit.
Wat zijn vezels?
‘Voedingsvezel’ is een samenvattende naam voor een bepaalde groep koolhydraten die niet door de darmen worden verteerd of opgenomen. Het voedsel bestaat dus niet uit één soort voedingsvezel, maar meerdere. Er zijn twee verschillende soorten voedingsvezels:
- Oplosbare (fermenteerbare) voedingsvezels
Deze vezels zijn oplosbaar in water en kunnen bijdragen aan het verlagen van het LDL cholesterol. Deze vezels worden ook wel prebiotica genoemd. Het is namelijk een energiebron voor de cellen in de darmwand en zorgt daarom voor een goede darmwerking - Onoplosbare (niet fermenteerbare) voedingsvezels
Deze vezels zijn dus onoplosbare en geven volume aan je ontlasting. Ze worden niet door het lichaam afgebroken en verlaten het lichaam ongewijzigd
Waar zitten voedingsvezels in?
Voedingsvezels zitten voornamelijk in volkoren producten, groenten en fruit, peulvruchten en noten. Het is dus belangrijk om dagelijks van deze producten te eten. Het voedingscentrum adviseert daarom ook om dagelijks 250 gram aan groente en 200 gram aan fruit te eten. Ook adviseren ze om een aantal sneeën volkoren brood te eten en klein handje noten. Wanneer je dit op een dag binnenkrijgt kom je al een eind met je totale dagelijkse vezelinname. Hieronder zijn concrete tips uitgewerkt om aan meer vezels te komen:
- Eet fruit in plaats van het drinken van sapjes of smoothies
- Vervang witte rijst, brood en pasta voor zilvervliesrijst en volkoren producten
- Neem af en toe groente zoals komkommer, snacktomaatjes of worteltjes als tussendoortje
- Zorg er voor dat je drie keer per week peulvruchten tijdens de avondmaaltijden eet (eventueel als vleesvervanger)
Waarom zijn vezels belangrijk?
Vezels hebben veel impact op de gezondheid. Voedingsvezels lijken het risico op het ontwikkelen van verschillende aandoeningen te verlagen, zoals bijvoorbeeld: hartaandoeningen, diabetes type 2, diverticulitis (kleine uitstulpingen van de darmwand in de buikholte), obstipatie en kanker.
Vezels zorgen daarnaast ook voor een vol gevoel, wat er voor zorgt dat je meer verzadigd bent. Ideaal om dus veel vezelrijke producten te eten als je aan het afvallen bent!
Lees ook: Meer eiwitten nodig? Eet deze 10 dingen!